De onderzoekers bestuderen een nieuwe methode om bij positief op CF gescreende kinderen met een onduidelijke diagnose sneller duidelijkheid te krijgen over de diagnose. Dit verkort de onzekere periode en zorgt voor minder belastende ziekenhuisbezoeken.
Uit stamcellen van de darm van de patiënt worden minidarmpjes gekweekt waarin de activiteit van het CFTR-gen kan worden gemeten. De mate van zwelling van de minidarmpjes geeft aan in hoeverre het CFTR-eiwit (chloorkanaaltjes) actief is. Met deze informatie kan per patiënt de activiteit van het CFTR-eiwit worden bepaald, en daarmee de aanwezigheid en ernst van CF worden vastgesteld.
Bij patiënten met een onduidelijke CF-diagnose is er redelijk tot veel restactiviteit van CFTR. In de nieuwe methode bestuderen de onderzoekers dan ook minidarmpjes met dit kenmerk. Wellicht kan deze methode CF beter vaststellen of uitsluiten dan de traditionele vervolgtesten.
Het voor dit onderzoek benodigde darmweefsel kan in elk ziekenhuis worden afgenomen en wordt opgestuurd naar Utrecht.
Bij positief op CF gescreende kinderen met een onduidelijke diagnose wordt de onzekere periode voor de ouders verkort. Het vervolgonderzoek is minder belastend omdat maar eenmaal afname van darmweefsel nodig is en er minder ziekenhuisbezoeken nodig zijn.
Deze test laat sneller zien of er sprake is van CF waardoor de juiste behandeling eerder kan starten. Blijkt een kind gezond? Dan voorkomt deze test onnodig behandelen.
Bij het onderzoek zijn Heleen Sonneveld (lab-analist en manager biobank) en Marlies Destoop (promovendus). Prof. Jeffrey Beekman (hoogleraar cellulaire ziektemodellen en supervisor organoïde laboratorium) en dr. Karin de Winter – de Groot (kinderlongarts en supervisor klinisch deel) coördineren het onderzoek. Alle betrokkenen zijn werkzaam bij het UMC Utrecht/ WKZ op het lab of in de kliniek van de afdeling kinderlongziekten.
(foto: dr. Karin de Winter - de Groot)
For Wis(h)dom ondersteunt dit onderzoek voor een periode van 2 jaar.